Anak Djawa (Kind van Java)

Dit is deel 16 in de reeks ‘Het voetspoor van Indische boeken’.

Henk Mak van Dijk (1955) is pianist en onderzoeker. Hij publiceerde in 2008 het boek De oostenwind waait naar het westen; Indische componisten, Indische compositie, 1898-1945 en bracht twee cd’s uit met deze composities. In het Atrium van het Stadhuis in Den Haag is vanaf 14 mei een tentoonstelling te zien over dit onderwerp, op initiatief van het Nederlands Muziek Instituut.

 

Linda Bandara, 1926

De ongepubliceerde memoires Anak Djawa (Kind van Java) van Linda Bandara (1881-1960), een in Nederlands-Indië geboren componiste, hebben een onuitwisbare indruk op mij gemaakt. Deze memoires gaven me de inspiratie de plek op te zoeken waar ze haar jeugd had doorgebracht. Ik trad in haar voetsporen. Zo kwam Linda voor mij tot leven.

Nederlands Muziek Instituut
Toen ik in het najaar van 2003 voor het eerst op het Nederlands Muziek Instituut kwam voor onderzoek naar Indische sporen in hun collectie, was er toevallig net een groot aantal documenten over Linda binnengebracht, gevonden op een zolder in Haarlem. De naam was mij totaal onbekend. Ik wist dat ze op Java had gewoond en Indische composities had geschreven. Het jaar daarop was ik pas in de gelegenheid de inmiddels in archiefdozen opgeborgen stukken te bestuderen. Een heel componistenleven trok aan me voorbij. Helaas ontbraken foto’s en persoonlijke brieven die zicht konden geven op haar levensverhaal. Totdat ik een groot cahier tegenkwam : haar memoires, getiteld Anak Djawa (Kind van Java).

WIDMUNG.

Dir weih ich mein Deingedenken

Du Land meiner ewigen Sehnsucht!

Du Smaragd-diadem

Unsrer schönen Mutter Erde.

Du mein verlorenes Paradies: JAVA

      L.B.

Diese Blätter mit meiner Lebensgeschichte (Anak Djawa) sollen meinem Sohne Jan Marinus Anton Hofland, Kriegsgefangener d. Japaner no.6513, Lager X, Java, gegeben werden, sobald er nach Holland zurückgekehrt ist.

 

In het vliegtuig naar Java
Hoe nieuwsgierig ik ook was, wegens tijdgebrek moest ik het lezen van deze levensbladen helaas uitstellen. Ik besloot het geheel in juli mee te nemen naar Indonesië, waar ik mijn speurtocht naar Indische componisten wilde voortzetten, en het manuscript in het vliegtuig te bestuderen en te vertalen. In mijn vliegtuigstoel, op mijn schoot Anak Djawa, ontvouwt zich het fascinerende levensverhaal van Linda Bandara: een eenzame opvoeding op de hooggelegen koffieonderneming Bandar, zonder school en met weinig speelkameraadjes; een steeds ruziezoekende, verwijtende Oostenrijkse grootmoeder; gescheiden ouders; een vader die talloze vrouwen verovert, en die tot Linda’s ontzetting van moord wordt verdacht; haar eigen slechte huwelijk met de administrateur van een suikerfabriek, uitlopend op een drama waarbij een lang bewaard geheim naar buiten komt; minachting van Nederlandse zijde over haar gamelanstudies, afgunst en poging tot vergiftiging aan het hof van de Pakoe Alam in Yogyakarta; conflicten met haar schoonzusje en schoonouders; zelfmoordplannen in 1944 en een dramatische breuk met haar zoon kort na de oorlog. Daarbij voelt Bandara voortdurend de spanning van het leven in twee culturen. Ze beschouwt zichzelf als ‘volbloed Oostenrijkse’, maar diep van binnen leeft in haar een Javaanse ziel. Deze moeilijkheden blijken haar niet te beletten zich haar hele leven gepassioneerd te wijden aan het verspreiden van haar ideeën over het samengaan van Javaanse gamelanmuziek en Europese muziek door middel van mengcomposities, concerten, lezingen, aankoop en schenkingen van gamelaninstrumenten.

Bandarrejo
Eenmaal aangekomen in mijn standplaats Yogyakarta, Midden-Java, stond ik te popelen naar deze koffieonderneming toe te gaan. Ik las nog eens over haar jeugd daar. Haar Oostenrijkse ouders hadden het avontuur in Indië gezocht en waren deze onderneming in de bergen begonnen, in het huidige Temangung-district. Het uitzicht moest er bijzonder weids geweest zijn, tot aan de rede van Semarang toe. Maar waar lag Bandarrejo? Bestond het nog wel? Veel gegevens had ik toen niet. Het moest aan de voet van de vulkaan de Sindoro liggen, niet ver van het dorpje Ngadirejo en ook dicht bij het indrukwekkende Diëngplateau.

Op een dag ga ik vanuit Yogya met een paar Javaanse vrienden per auto op weg naar Ngadirejo. Daar vragen we verder. Men weet ons te vertellen dat er een tiental kilometer verderop een koffieonderneming met de naam Bandarrejo bestaat. Het is dan al laat in de middag. Een asfaltweg wordt een zandweg, verandert in een hobbelpad, en nog erger: in een weg vol gaten en kuilen. De auto moet langzaam rijden en botst maar door. Er lijkt geen einde aan te komen. Twijfel rijst. Zitten we eigenlijk wel op de goede weg en komen we er nog wel aan voor de schemering valt? Opeens oude koffiestruiken, in lappen en sarongs geklede Javaanse landarbeiders met woeste haardos, blootsvoets, zo weggelopen uit de negentiende eeuw, een verharde weg. We zijn er, Bandarrejo! En het blijkt nog steeds een koffieonderneming!

De ruïne van een huis
Een opziener weet te vertellen dat er vlakbij, op een heuvel, de ruïne van een huis staat. We gaan een pad op, een bocht om, een schok: voor mijn ogen een hoge heuvel, verwilderde koffiestruiken, een klein pad omhoog, stukken steen, iets wat op een stenen ingang lijkt, en een machtige oude boom die het geheel overheerst. Vallende schemering en een woest waaiende wind geven de plek ontegenzeggelijk een geheimzinnig aura. De plek is angker, bevestigt de opziener, betoverd en van geesten bezwangerd. We beklimmen de heuvel en dan houden we de adem in: een schitterend panorama, met de door Linda steeds weer bejubelde blauwe bergen van Java op de achtergrond. We staan bij de ruïne van het huis waar Linda ooit heeft gewoond. Hier heeft ze haar jeugd doorgebracht. Ik zie nu met eigen ogen hoe haar fascinatie voor Java’s blauwe bergen is ontstaan. En ik sta werkelijk in haar voetsporen. Dat werd mogelijk door haar geschreven herinneringen, haar memoires.

HENK MAK VAN DIJK

Momenteel legt Henk Mak van Dijk de laatste hand aan het boek Tropenjazz. Jazz in Indië, 1919-1950, dat voorjaar 2019 i.s.m. Stichting Tong Tong verschijnt. Op de aanstaande Tong Tong Fair is de gelijknamige tentoonstelling te zien en geeft Henk een lezing op 25 mei, 12.30 uur.

Op de foto bovenaan zijn de vulkanen Sumbing en Sindoro te zien, in de directe omgeving van koffieondernemening Bandarrejo (Midden-Java).